De maandagmail van deze week gaat over het nieuws van de week.
Corona geeft me meer tijd dan nodig is om het dagblad, de weekbladen en ook de reclamefolders van A tot Z door te nemen. Overigens, die laatste categorie blader ik door van Z tot A. Waarom? Dat lees je hieronder zeker nog in mijn maandagmail.
Meestal sla ik wel wat letters over, maar soms vallen dingen me op en vaak kijk ik alleen naar de koppen met plaatjes.
Toch geven de genoemde nieuwsverspreiders van déze week mij genoeg aanleiding en stof om over te schrijven. En dat komt ook omdat 'ons Wanroij' in het nieuws vernoemd wordt. En hoe!
En dan doel ik niet op de foto hiernaast uit het Boxmeers Weekblad van een paar jaar geleden...
Zijn jullie al een beetje nieuwsgierig geworden?
Beste mensen van ÉgeWies,
Het was me het weekje wèl weer. Of beter gezegd: géén weer. De zon deed wel wat hij moest doen, maar de snijkouwe wind deed dat nog veel beter.
In elk geval heb ik kunnen genieten van een aantal reacties op mijn maandagmails. Niet dat dit hoeft, maar het is wèl leuk. Dankjewel!
Sinds dat Corona ons behoorlijk plaagt heb ik voor mezelf de plicht opgelegd om op de maandag wat te schrijven met de bedoeling ÉgeWies in onze gedachten te houden. Om het levend te houden. Om er voor zorgen dat iedereen ÉgeWies blijft missen…. En dat we blijven uitkijken naar die eerste bijeenkomst in een nieuwe ÉgeWieze wereld.
Toen dacht ik nog: ‘Daar heb ik verhalen genoeg voor in mijn biologische boekenkist!’
En dat klopt ook wel, maar toch… De realiteit is dat ik twee dagen na elke maandagmail alweer begin te denken waarover mijn volgende ‘column’ moet gaan. En tot afgelopen zaterdag wist ik het niet.
Ik wilde een beetje van ‘iets anders’, hoewel ik best nog een prachtig verhaal van eerdere stommiteiten onder mijn boekenlegger heb.
Stommiteiten doen het immers altijd goed, vooral als ze van een ander zijn.
Maar wie kent mijn stommiteiten nou beter dan ikzelf? (Hoewel ik toch wel namen ken, durf ik ze nu niet te noemen…)
Vandaar dat ik jullie beloof er binnenkort nog een keertje op terug te komen. Over flinke puberstreken met goeie afloop, zal ik maar zeggen!
Maar daarover schrijf ik alleen als regentes – goed lezen dat woord! – Corona mij nog enkele weken langer de kans geeft. (En ongetwijfeld zal die vervelende tès dat doen!)
Vandaag niet! Vandaag wil ik jullie laten weten dat ik afgelopen week de kranten gelezen heb; net als voorgaande weken.
Ik besef dat dit niet uniek is en ik besef ook dat velen met mij niet alles meer willen lezen over dat zogenaamde coronanieuws dat in een veelvoud en door alle media over je wordt uitgestrooid.
Dus gooi ik het liever over een andere boeg, hoewel ik dat weer een beetje vervelend vind voor mijn volgers van over de Middenpeelweg.
Het streeknieuws van het Land van Cuijk verplaatst zich – in tegenstelling tot corona – nooit over die oude grensweg heen. Maar geloof me: mijn verhaal van volgende week speelt zich weer af aan gene, aan jullie zijde én in een tijd dat het oversteken van die weg nog uiterst veilig was en die zijde toen ook een beetje van mij was.
Het streeknieuws van de week dus maar…
Juist ja! Want streeknieuws is vooral ander nieuws en soms lees ik dat nieuws dan ook anders in het ‘Boxmeers Weekblad’, in het ‘Wanroijs Nieuws’, in de ‘Jan Linders Voordeel van het Zuiden’ reclamekrant en natuurlijk in hét dagblad dat bij ons prachtige stukje Brabants Land van Cuijk hoort: ‘De Gelderlander’.
Het ‘Boxmeers Weekblad’ lees ik omdat ik interesse wil blijven tonen voor de geboorteplaats van mijn Maria, maar vervolgens wel de gemeenteberichten van Sint Anthonis raadpleeg. Sind vorige week weet iedereen dat ik immers al 47 jaar lang een haat-liefde verhouding heb met Sint Tunnis en met Boxmeer.
Het ‘Wanroijs Nieuws’ lees ik omdat de regentes – nog steeds goed lezen dat woord! – het weekblad zo flinterdun gemaakt heeft.
Maar nog steeds kijk ik nog graag naar de parochieberichten van een bijna gesloten kerk in de katholieke meimaand van pastóórs Maria.
En ik weet elke keer weer wie er weekenddienst heeft en waar ik de AED’s kan vinden, mocht ik die ooit hart nodig hebben.
Alleen de vindplek van die ene AED staat er na anderhalf jaar nóg niet bij vernoemd: die in ’t Wapen van Wanroij hangt! (Misschien iets om voor onze ÉgeWieze contactpersoon om dit eens door geven aan iemand die dit weten moet!)
Hoe corona-dun ons ‘Wanroijs Nieuws’ ook wordt: het brengt nieuws, maar daarbij ook nog mijn favoriete items, de gedichtjes van Truus en Martien.
Sinds het bewind van regentes – goed gelezen? – Corona ben ik zowel huismán als huismús geworden.
Dus lees ik ook uitvoerig ‘Jan Linders Voordeel van het Zuiden’. Van A tot Z! Of beter gezegd van Z tot A, want ik begin wel achteraan, omdat daar de aanbiedingen staan van de ‘Beste Bier Supermarkt’.
Ik kijk dan eerst bij welk bier er een gratis glas gegeven wordt, want dan vind ik het bier óók lekker. Het glas krijgt dan een plekje in ons tuinhuisje ergens tussen die andere honderden glazen van het bier dat ik ook al lekker vond.
De rest van het voordeel van het zuiden is voor míjn Maria. Je kunt immers veel beter met zijn tweeën van al die voordelen genieten.
Tja… En dan heb ik afgelopen week dagelijks dat blad gelezen waarin altijd weer dat klein beetje Brabants streeknieuws hoort te staan: ‘De Gelderlander’.
Ik heb dat nooit begrepen: dat ‘De Gelderlander’ het thuisblad is van ons stukje Noordoost Brabant. In elk geval héb ik het nooit wíllen begrijpen.
Ooit heb ik mijn ongenoegen in een radiostudio tevergeefs laten blijken.
Maar afgelopen week is dat veranderd. En die verandering is begonnen met onze thuiskrant van afgelopen vrijdag: met die nieuwe fietsbrug van het Brabantse Cuijk naar de overkant van de Maas in Noord-Limburg. Die 145 meter lange fietsbrug bracht zaterdag ons Brabantse Land van Cuijk en het Gelderse Nijmegen dichter bij elkaar.
Wie het snapt mag het zeggen of schrijven.
De vrijdagse ‘De Gelderlander’ – alleen de naam lezen is al moeilijk – bracht me nog meer nieuws: groene dennenappels als dessert… Pas ontluikende dennenappeltjes in ijs van geitenyoghurt en opgetuigd met groene aardbeien. Hebben jullie het ook gelezen?
Kan zo’n kok nou niet eerst even alles rijp laten worden? En even wachten met het melken van de geit? Kan zo’n Gelderse topkok met de publicatie van zijn recept niet even wachten?
Omdat hij zonodig ook nog eens ‘Fedor Kok’ heet?
Denkt topkok Kok – probeer dat maar eens snel en hardop uit te spreken – mij te vlug af te zijn?
Ik heb al jarenlang een recept met groene dennenappels, hoewel ze helemaal niet groen zijn!
Echte groene dennenappels, paars-blauw van kleur en rood-wit van binnen. Rood en wit, Brabantser kan bijna niet!
Maar ze komen uit Oostenrijk, waar ze Zapfen worden genoemd en die op meer dan 2000 meter hoogte groeien aan de Zirbe, een doodgewone Tiroler dennenboom, maar dan anders.
En mijn recept maakt van die Zapfen in een fles met Doppelkorn van 38% een heerlijke roserode Zirbenschnaps. Proost! Het schijnt dat de schnaps een uitstekend smeermiddel is tijdens de werking van de maag.
Ik beloof dat we er samen allemaal eentje krijgen om mee te toasten en te proeven, zo gauw we corona de weg teruggewezen hebben en we weer als ÉgeWies samen kunnen zijn.
En dan zingen we samen die liedjes die we al eens eerder gezongen hebben: ‘Ich möcht ein Schnäpschen haben’ en ‘Ein Prost mit harmonischem Klange’.
Beloofd is beloofd!
Maar dat zal wel na de zomervakantie zijn en dat is maar goed ook, want ik moet eerst nog naar Oostenrijk om wat Zapfen uit het Pitztal naar Wanroij te smokkelen…
En dat brengt me meteen bij dat ander artikel in de krant van zaterdag: ‘Zingen bij een koor is mogelijk onveilig’.
‘Deskundigen’ van koren en blaasorkesten denken dat de anderhalve corona-meter afstand van elkaar niet voldoende is. Het zou wel eens drie meter kunnen zijn, omdat zangers en blazers de besmettelijke druppeltjes verder wegblazen dan ‘normale’ mensen.
‘Blaost ‘m toch gauw op….’ We kunnen nog altijd zingen met een mondkapje om. Volgens diezelfde krant dan tenminste en mits er niet mee gesjoemeld werd.
En dan kun je ook nog volgens ‘recept’ je eigen mondmasker met opdruk maken. Laten we er dan maar ons logo van ‘ÉgeWies’ opzetten. Ik ken leden van ons koor die handig zijn met de borduurmachine….
Hoewel ik me nu ook bedenk dat het dan in september of zo wel erg onhandig toasten wordt met mijn Zirbenschnaps van groene dennenappels…
Hoe dan ook, een mondkapje komt altijd van pas, zeker als je het ooit heel ÉgeWies en verplicht om je oren moet knopen om met het openbaar vervoer te gaan reizen.
Je leest wel in ‘De Gelderlander’ wanneer Wanroij op het openbare reizen wordt voorbereid.
O ja, de twee grootste foto’s in ‘De Gelderlander’ van afgelopen zaterdag. Echt, geen enkele foto in die zaterdagkrant met al zijn ontelbare bijlagen was groter dan die twee!
En ze kwamen allebei uit Wanroij, die foto’s!
Wanroij staat op de kaart in Gelderland…. Hoe is het mogelijk!? Wereldnieuws in de regio! Op pagina twee én op bladzijde drie. Kijk maar na als je tenminste abonnementsgeld betaald hebt!
En waar hebben wij dat aan te danken?
Nou dat zal ik jullie eens vertellen! Ik begin met bladzijde drie, want ‘bladzijde’ is veel minder deftig dan ‘pagina’.
Een grote foto van die ‘bejaarden’woning – wat een rotwoord - aan de Herselstraat die ontruimd wordt.
Al meer dan een jaar gun ik die woning aan alle woningzoekenden uit de omgeving, die soms wel maandenlang moeten bivakeren op een of ander kampeerterrein. Ook een vakantie kan eens gaan vervelen…
En deze woning werd verhuurd aan een man uit de provincie Zééland. (Ik snap het niet helemaal – sorry, ik bedoel: ik snap het helemaal níet! – ; maar we hebben nou eenmaal een ‘mooi land’ hier!)
Maar meneer de Zeeuw gaat er niet echt wonen; nee hoor, hij laat er een hennepstekkerij van maken! Een hennepstekkerij om planten te kweken waarmee je minstens 25 kwekerijen kunt bevoorraden met hennep voor liefhebbers. Dat speel ik met mijn Oostenrijkse Zapfen nog niet klaar! Ongelooflijk!
En waarom? Meneer de Zeeuw heeft namelijk geld nodig.
Maar wat denk je van onze dorpsgenoten die daar soms op zo’n camping tegen wil en dank maanden en maanden moeten leven? Zo’n lange vakantie is echt niet goedkoop!!
De rechter moet er nog wat van vinden van die meneer de Zeeuw. Ik vind er nu al wat van… Ik vind het misschien wel krommer dan de rechter misschien vindt.
Meneer de Zeeuw moet dat verhaal van de ‘Beul van Steenderen’ maar eens lezen in diezelfde krant van afgelopen zaterdag.
Een los exemplaar, meneer de Zeeuw, van onze zaterdageditie van ‘De Gelderlander’ is echt zo duur nog niet.
Nee, geef me dan maar die grote foto van onze deftigste pagina twee. Die pagina alleen al is een abonnement op ‘De Gelderlander’ waard!
Een meer dan prachtige kleurenfoto van Maria. Óns Maria, want ook in het Noordoostbrabantse Land van Cuijk is alles van ons. Dus niet míjn Maria en ook niet pastoors Maria, maar heel ÉgeWies d’r Maria!!
De foto van onze Maria Accordeona… Of sinds vandaag: Maria Accordeona Normandia…
Want ónze Maria is op zoek naar wat haar vader meer dan 75 jaar geleden eigenlijk moest doen in het Franse Normandië. In haar historische familie-onderzoeksdrang is ze dat helaas nog niet te weten kunnen komen.
Ik ga en kan het jullie ook niet verklappen. Dat zal Maria ongetwijfeld zelf wel gaan doen. En zelfs áls ons Maria het nu na dit krantenartikel nog niet te weten komt, dan nog kijk ik uit naar haar na-oorlogse verhaal van vóór de bevrijding, nu 75 jaar geleden!
En ik? Nou ja, ik ben blij dat ik in mijn tienertijd wél zonder mondkapje en zonder gesjoemel met de trein kon treinen, anders zou ik jullie in mijn volgende maandagmail van over de Middenpeelweg immers nooit kunnen schrijven over mijn puberale tienertoer stommiteiten van een halve eeuw terug.
Fijne week met veel zonnige momenten en tot wèrus!
Peter